Skip to main content

Smart BMS CL 12-100

2. Inleiding

In deze sectie:

2.2. Functies en functionaliteit

Dynamo/startaccu+ poort dynamo en accubescherming

De ingangsstroom op de dynamo/startaccu+ poort wordt elektronisch beperkt tot ongeveer 90% van het zekering waarde. Een 100 A zekering bijvoorbeeld, zal daarom de ingangsstroom beperken tot ongeveer 90 A. (raadpleeg, voor zekering waarde en overeenstemmende stroombeperking, de tabel in het Installatiehoofdstuk).

Stroom kan alleen naar de lithium accu stromen wanneer de ingangsspanning (komt overeen met de spanning op de startaccu) 13 V overschrijdt. Bovendien kan geen stroom terugvloeien van de lithium accu naar de startaccu, wat voorkomt dat de lithium accu te diep ontladen wordt.

Het kiezen van de juiste zekering doet ook het volgende:

  1. De lithium accu beschermen tegen te hoge laadstroom (belangrijk bij lage capaciteit accu).

  2. De dynamo beschermen tegen overbelasting bij een hoge capaciteit lithium accu-bank (de meeste 12 V-dynamo’s zullen oververhit raken en defect raken wanneer ze gedurende meer dan 5 minuten op het maximale uitgangsvermogen draaien ).

Remote aan/uit aansluitklem

  • De remote aan/uit aansluitklem kan gebruikt worden om laden via de dynamo uit te schakelen terwijl de BMS-functionaliteit actief blijft ongeacht de remote aan/uit status.

  • Afhankelijk van de Remote aan/uit functie-instelling, gemaakt via de VictronConnect-app, kan het ook gebruikt worden als systeem aan/uit-schakelaar (laad en belasting ontkoppelingpoort wordt ook ontkoppeld) ofwel via een fysieke schakelaar of een relaiscontact tussen L en H aansluitklem ofwel via de software schakelaar in de VictronConnect-app. Alternatief kan aansluitklem H aan de accu plus geschakeld worden, of aansluitklem L aan de accu min.

    Opmerking

    Let op dat het verplicht is om ofwel aan aan/uit-schakelaar te installeren tussen L en H van de remote aan/uit aansluitklem van de bedradingslus (standaard) voor correcte werking. Alternatief kan aansluitklem H aan de accu plus geschakeld worden, of aansluitklem L aan de accu min.

LED-indicatoren

  • De BMS heeft een aantal LED-indicatoren die de status van de BMS en de verschillende ingangen en uitgangen tonen. Raadpleeg bijlage C voor een volledig overzicht van alle LED-indicatoren.

Bescherming Lithium accu

  • Te hoge ingangsstroom en stroomstoten worden neerwaarts geregeld tot op een veilig niveau.

  • De Smart BMS stopt met laden in geval van te hoge celspanning of een te hoge temperatuur..

  • Het heeft drie uitgangen, vergelijkbaar met de SmallBMS:

  1. Ontkoppelen van de belasting

    • Kan gebruikt worden om de remote aan/uit ingang van een BatteryProtect, omvormer, DC-DC converter of andere belastingen met remote aan/uit poort functionaliteit te besturen.

    • Normaal is de Load Disconnect uitgang hoog en wordt zwevend wanneer te lage celspanning dreigt (standaard 2,8 V, aanpasbaar in accu). Maximumstroom: 10 mA

  2. Vooralarm

    • De Prealarm uitgang kan worden gebruikt voor een zichtbare of hoorbare waarschuwing wanneer de accuspanning laag is en zal uitschakelen met een minimale vertraging van 30 seconden voordat de Load Disconnect uitgeschakeld wordt vanwege te lage celspanning.

    • De uitgang kan gebruikt worden om een relais, LED of zoemer aan te sturen en kan ingesteld worden als continu of onderbroken signaal.

    • De uitgang is normaal zwevend en wordt hoog bij dreigende lage celspanning (standaard 3,1 V, aanpasbaar in accu). Maximumstroom: 1 A (niet beveiligd tegen kortsluiting).

  3. Lader Ontkoppelen

    • De Charge Disconnect uitgang kan gebruikt worden om de remote aan/uit poort van een lader te besturen, zoals de Phoenix Smart Charger IP43, een Cyrix-Li-Charge relais, een Cyrix-Li-ct accu-combiner of een BatteryProtect. Let op dat de Charge Disconnect uitgang niet geschikt is voor het voeden van een inductieve belasting zoals een relaisspoel.

    • De uitgang is normaal hoog en wordt zwevend bij dreigende te lage celspanning of te hoge temperatuur. Maximumstroom: 10 mA

Opmerking

In sommige gevallen kan een interfacekabel zoals een niet-inverterende of inverterende aan/uit-kabel vereist zijn, raadpleeg bijlage A.

Installatie, instellingen en bewaking via VictronConnect

  • Initiële installatie, instellingen, bewaking en diagnostiek van de BMS wordt uitgevoerd via Bluetooth en de VictronConnect-app.

  • Dit omvat Instant Readout; een manier om belangrijke BMS-parameters in realtime te zien zonder te moeten koppelen met de BMS.

    Het voordeel is:

    • beter bereik dan een gewone Bluetooth-verbinding.

    • Onmiddellijk de belangrijke gegevens

    • Versleutelde gegevens

    • Visuele berichten van waarschuwingen, alarmen en foutmeldingen

    • Deze functie is beschikbaar voor een groot aantal andere Victron Smart-producten

2.3. Wat zit er in de doos

  • Smart BMS CL 12-100

  • Aardingsdraad met 10 mm oog aansluitklem

  • 2-pen plug met voorgeïnstalleerde draadlus

  • 3-pen plug voor Load disconnect, Charge Disconnect en Pre Alarm

  • Megafuse 100 A voorgeïnstalleerd

  • ATO-zekeringhouder met 2x 7,5 A zekering