2. Installatie
2.1. Montage
De GX Tank 140-behuizing wordt gemonteerd met behulp van de gleufflenzen die aan weerszijden van de basis uitsteken.
Gebruik schroeven met bolle koppen met ringetjes om de unit vast te zetten. Verzeker dat de buitendiameter van de schroefdraad speling heeft in de gleufflenzen (3,0 mm max buitendiameter) en draai ze niet te vast.
2.2. Elektrische verbindingen
Alle elektrische verbindingen bevinden zich aan de voorkant van de GX Tank 140 unit en worden gemaakt door middel van de meegeleverde insteekbare klemmenblokken.
Een duidelijk gelabeld bedradingsschema is ook handig afgedrukt op de bovenzijde van de unit.
2.2.1. Voeding
De GX Tank 140 unit heeft een eigen voeding via USB-interface en heeft geen externe voedingsbron nodig.
Sensoren kunnen gevoed worden via de unit op twee verschillende manieren afhankelijk van het gebruikte kanaal:
Kanalen 1 en 2: Externe voeding
De connector gelabeld "Ext. Power" kan worden gebruikt om stroom te distribueren van een externe bron naar sensoren die zijn aangesloten op kanalen 1 en 2.
Een zelf-resettende zekering (20 mA) in dit circuit voorkomt schade aan de unit, zelfs in geval van bedradingskortsluiting of defecte sensor.
Kanalen 3 en 4: Interne 24 VDC voeding
Kanalen 3 en 4 worden gevoed door een interne voedingsbron (geïsoleerd van de USB) met een voltage van 24 VDC.
De uitgangen zijn uitgerust met een zelf-resettende zekering die de stroom limiteert tot een maximum van 20 mA per kanaal.
2.2.2. Voltage uitgangssensoren (0 tot 10 VDC)
Voordat u tanksensoren aansluit die een spanningsuitgangssignaal afgeven, moet u ervoor zorgen dat het gegevensblad van de fabrikant wordt beoordeeld om de compatibiliteit te bevestigen, evenals de bedrading en configuratiedetails die specifiek zijn voor die sensor.
Het onderstaand bedradingsschema laat de verbindingen zien en hoe het voltage wordt gemeten door de GX Tank 140: tussen "In" (+) en "GND" (-).
De onderstaande tabel toont verbindingen in tabelvorm, inclusief de namen van de tanksensoraansluitingen en gangbare bedradingskleuren.
GX Tank 140 | Tanksensor | |
---|---|---|
Verbindingsnaam | Gangbare bedradingskleuren** | |
Vout / 24 V* | Bekrachtiging (+), Vs+ | Rood |
In | Signaal (0 tot 10 V of 0 tot 5 V), Uitgang | Varieert |
GND | Bekrachtiging (-), Vs- | Zwart/Blauw |
Let op
*Vout: Kanalen 1 en 2, 24 V: Kanalen 3 en 4
** Bevestig bedradingskleuren met het tank sensor informatieblad alvorens deze te verbinden
2.2.3. Stroomuitgangssensoren (4 tot 20 mA)
Voordat u tanksensoren aansluit die een stroomuitgangssignaal afgeven, moet u ervoor zorgen dat het gegevensblad van de fabrikant wordt beoordeeld om de compatibiliteit te bevestigen, evenals de bedrading en configuratiedetails die specifiek zijn voor die sensor.
Onderstaand bedradingsschema laat de verbindingen zien en hoe het stroomsignaal wordt gemeten door de GX Tank 40: er is een belasting (RL) tussen "In" en "GND" die wordt gebruikt als een shunt om de stroomsterkte vast te stellen (gebaseerd op op de spanningsval over RL en de bekende weerstand).
Dienovereenkomstig moet de sensor worden aangesloten op "Vout / 24 V" en "In", terwijl "GND" niet aangesloten hoeft te worden.
De onderstaande tabel toont verbindingen in tabelvorm, inclusief de namen van de tanksensoraansluitingen en gangbare bedradingskleuren.
GX Tank 140 | Tanksensor | |
---|---|---|
Verbindingsnaam | Gangbare draadkleuren** | |
Vout / 24 V* | Bekrachtiging (+), Vs+ | Rood |
In | Bekrachtiging (-), Vs- | Zwart/Blauw |
GND | Niet verbonden | Nvt |
Let op
*Vout: Kanalen 1 en 2, 24 V: Kanalen 3 en 4
** Bevestig bedradingskleuren met het tank sensor informatieblad alvorens deze te verbinden
2.2.4. Klemmenblokken
Om de tank sensor bedrading fysiek te verbinden met het insteekbaar klemmenblok is het advies om gebruik te maken van een gekrompen adereindhuls. Adereindhulzen kunnen direct worden ingestoken in de veerbelaste klemmen op de klemmenblokken en reduceren het risico op bedradingsproblemen.
Er kan blanke koperdraad worden gebruikt (zonder adereindhuls), maar wees voorzichtig tijdens het installatieproces; strip de isolatie om ten minste 10 mm koperen bedrading vrij te maken en druk vervolgens het oranje lipje op het insteekbare klemmenblok volledig in met een precisieschroevendraaier terwijl de bedrading voorzichtig wordt ingebracht (zorg ervoor dat er geen losse koperdraadjes zijn).
Zodra de bedrading correct is geïnstalleerd / geplaatst binnen de veerbelaste klemmen op de insteekbare klemmenblokken, moet het oranje lipje volledig worden ingedrukt met een precisieschroevendraaier om de vastgezette bedrading / adereindhuls te verwijderen (indien nodig).
De insteekbare klemmenblokken kunnen eenvoudig worden verbonden en losgekoppeld van de contrastekkers op de GX Tank 140 unit, indien nodig. Voor installaties in beperkte ruimtes kan het makkelijker zijn om eerst de bedrading te verbinden met de klemmenblokken voordat deze ingestoken worden.
2.2.5. Sensorkabel
Het is aanbevolen om afgeschermde bekabeling met een getwiste kern te gebruiken tussen de tanksensor en de GX Tank 140 unit, om te voorkomen dat elektrische interferentie / ruis van de externe omgeving de metingen vervalst / beïnvloedt.
Meeste sensoren zijn al uitgerust met afgeschermde kabels en kunnen direct verbonden worden indien er voldoende lengte is.
Het wordt ook aanbevolen om de bekabeling van de tanksensoren zo ver mogelijk weg te leiden van DC- en AC-stroomkabels en om de kabelafscherming op blank metaal van het voertuig of de boot te aarden.
2.2.6. Elektrische isolatie
De USB-kabel is elektrisch geïsoleerd van de sensoren, hierdoor is er geen risico op aardlussen tussen de sensoren en de USB-aansluiting van het GX-apparaat.
De "GND" aansluiting van alle vier kanalen zijn intern verbonden, ze zijn niet individueel geïsoleerd van elkaar.