Gids voor een snelle start
Monteer de Blue Smart IP22 Chargerverticaal (met de klemmen naar beneden) op een niet-ontvlambare ondergrond; zet hem vast met de 4 bevestigingsgaten op de basis. Zorg ervoor dat er onder en boven de lader minstens 10 cm vrije ruimte is voor luchtstroom/koeling.
Sluit DC-vermogenbekabeling aan tussen de Blue Smart IP22 Chargers ACCUklemmen (te vinden onder de onderste bedekking) en de accu of DC-systeemdistributiebuis.
Zorg ervoor dat het DC-systeem volledig is uitgeschakeld (alle DC-belastingen en laadbronnen uit / afgekoppeld) voordat de bestaande accubekabeling / DC-distributiesysteembekabeling wordt losgekoppeld en de lader op de accuklemmen / DC-distributiesysteembus aansluit.
Gebruik flexibele meer-aderige koperen DC-voedingkabel met voldoende dwarsdoorsnede met een passende zekering of stroomonderbreker.
Zorg ervoor dat de polariteit van de bedrading juist is; gebruik rode kabels voor de + (positieve) aansluitingen en zwarte kabels voor de - (negatieve) aansluitingen.
Draai de klemschroeven aan tot 2,4 Nm met behulp van een kleine momentsleutel met een geschikte schroevendraaierbit en installeer het onderste aansluitdeksel opnieuw.
Sluit de AC-voedingskabel aan op een stopcontact; na een vertraging lichten de LED's op die de stroomlaadmodus en laadstatus aangeven.
Selecteer de laadmodus en laadstroomlimiet die het meest geschikt is voor accutype en capaciteit.
Instelling via de lader:
Selecteer de meest geschikte modus uit de geïntegreerde voorinstellingen voor opladen (Normaal, Normaal + herconditioneren, Hoog, Hoog + herconditioneren of Li-ion) door kort op de MODUS-knop op de lader te drukken om door elke optie te bladeren; de LED naast de huidige geselecteerde laadmodus (NORMAL / HIGH / LI-ION) gaat branden, evenals de RECONDITIONERINGSLED indien ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de herconditioneringsfase alleen ingeschakeld is als dat vereist is, omdat onnodig of te veel gebruik de levensduur van de accu vermindert.
Schakel indien nodig de laag-stroommodus in (laadstroom beperkt tot 50 % van de maximale nominale laadstroom en uitgeschakelde ventilator); om de laag-stroommodus in te schakelen (of uit te schakelen) houd je de MODE-knop 6 seconden ingedrukt, indien ingeschakeld knippert de NIGHT LED.
De nachtmodus kan ook ingeschakeld worden, die tijdelijk de laag-stroommodus activeert voor een periode van 8 uur (meestal 's nachts om ventilatorgeluid te voorkomen); om de nachtmodus in (of uit) te schakelen, houd dan de MODUS-knop 3 seconden ingedrukt; indien ingeschakeld wordt de NIGHT LED verlicht.
Instellingen via VictronConnect:
Gebruik een apparaat met Bluetooth (zoals een mobiele telefoon of tablet), open de VictronConnect-app en vind de Blue Smart IP22 Charger in de LOCAL-pagina, maak dan verbinding met het apparaat (standaard Bluetooth PIN code is 000000).
Selecteer het ‘Instelling’ icoon (tandwiel in de rechterbovenhoek) om naar de 'Instellingen' pagina te gaan.
Selecteer de meest geschikte modus uit de geïntegreerde voorinstellingen voor opladen (Normaal, Normaal + herconditioneren, Hoog, Hoog + herconditioneren of Li-ion) in het menu 'Voorinstelling opladen'; de LED naast de huidige geselecteerde oplaadmodus (NORMAL / HIGH / LI-ION) gaat branden, evenals de LED voor RECONDITIONERING als herconditionerensfase is ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de herconditioneringsfase alleen ingeschakeld is als dat vereist is, omdat onnodig of te veel gebruik de levensduur van de accu vermindert.
Schakel indien nodig de laag-stroommodus in (laadstroom beperkt tot 50 % van de maximale nominale laadstroom en uitgeschakelde ventilator); om de laag-stroommodus in te schakelen (of uit te schakelen) selecteer dan de vereiste optie uit het 'laadstroom'-menu, indien ingeschakeld knippert de NIGHT LED.
De nachtmodus kan ook ingeschakeld worden, die tijdelijk de laag-stroommodus activeert voor een periode van 8 uur (meestal 's nachts om ventilatorgeluid te voorkomen); om de nachtmodus in (of uit) te schakelen, schakel de 'Nachtmodus'-schakelaar (of uit om uit te schakelen; indien ingeschakeld wordt de NIGHT LED verlicht.
De acculader slaat de gekozen laadmodus automatisch op en roept deze op voor toekomstige laadcycli (zelfs nadat het losgekoppeld is geweest).
Als de ABS LED brandt, dan is de acculader in de absorptiefase (de bulkfase is voltooid); de accu is dan voor ongeveer 80 % opgeladen (of >95 % voor Li-ion-accu's) en kan indien nodig weer in gebruik worden genomen.
Als de FLOAT LED brandt, dan is de acculader in de druppelfase (de absorptiefase is voltooid); de accu is dan volledig (100 %) opgeladen en klaar om weer in gebruik te worden genomen.
Als de STORAGE LED brandt, dan is de lader in opslagmodus (de druppelfase is voltooid); om een volledig opgeladen toestand te behouden kan de accu voor langere tijd op continuladen blijven staan.
Koopel de voeding van de AC-voedingkabel af om het opladen te stoppen.