4. Installatie
Fysieke installatie
Installeer de Filax in een droge en goed geventileerde omgeving.
Monteer de Filax door middel van de 4 gaten in de basis van de behuizing.
Open of sluit de behuizing door de 4 schroeven aan de bovenkant van het behuizingsdeksel te verwijderen.
Elektrische installatie
Let op
Elektrische installatie veiligheidswaarschuwingen
Zorg ervoor dat alle AC-stroombronnen uitgeschakeld zijn of dat ze losgekoppeld zijn tijdens de installatie.
De AC-ingangs- en AC-uitgangsbedrading moet beschermd worden door middel van zekeringen of stroomonderbrekers (MCB) die geschikt zijn voor de toegepaste draaddoorsnede.
Zorg ervoor dat zowel de hoofd als de alternatieve AC-ingangen beschermd zijn tegen stroomniveaus hoger dan 16 A.
Externe aardlekschakelaars (RCD of RCCB) moet geïntegreerd worden in het elektrische systeem van de Filax.
Sluit de hoofd AC-bron aan op de PRIORITY: L-, N- en PE-klemmen.
Sluit de alternatieve AC-bron aan op de ALTERNATE: L-, N- en PE-klemmen.
Zorg ervoor dat zowel de hoofd als de alternatieve AC-ingangen beschermd zijn tegen stroomniveaus hoger dan 16 A.
Sluit de AC-belasting aan op de OUTPUT: L-, N- en PE-klemmen.
Configuratie
Draadverbindingen
Wanneer de AC-belasting minder is dan 850 W, verwijder de LINK+HIGH POWER: L- en N-draadverbindingen.
Wanneer de AC-belasting meer is dan 850 W, behoud de LINK+HIGH POWER: L- en N-draadverbindingen.
Frequentiedraadbrug:
Wanneer de installatiefrequentie 50 Hz is, verwijder de frequentiedraadbrug of plaats deze op maar een van de pinnen (dit is de standaardinstelling).
Wanneer de installatiefrequentie 60 Hz is, plaats de draadbrug op beide pinnen.
Jumper geplaatst= 60 Hz | Jumper niet geplaatst= 50 Hz |