Skip to main content

SUN Inverter Handleiding

5. Bediening

In deze sectie:

5.1. Omvormer

De omvormer kan op de volgende manieren worden ingeschakeld:

  • ON/OFF/CHARGER-ONLY-schakelaar.

  • De VictronConnect-app.

  • Remote aansluitklem met een draadlus.

  • Remote schakelaar aangesloten op de externe aansluitklem (optioneel).

  • Phoenix Inverter Control VE.Direct-paneel aangesloten op de externe aansluitklem (optioneel).

  • Een GX-apparaat en het VRM-portal (optioneel).

5.1.1. ECO-modus

De omvormer kan naar de ECO-modus worden omgeschakeld met behulp van de VictronConnect-app.

Wanneer de ECO-modus van de omvormer is geactiveerd, vermindert het het stroomverbruik als het onbelast is (in standby). De omvormer wordt automatisch uitgeschakeld zodra het detecteert dat er geen belasting is aangesloten. Vervolgens wordt het elke 3 seconden kort geactiveerd om een eventuele belasting te detecteren. Als het uitgangsvermogen het ingestelde niveau overschrijdt, blijft de omvormer ingeschakeld.

Raadpleeg hoofdstuk ECO-modus en ECO-instellingen voor meer informatie over de ECO-modus.

5.2. Zonnelader

De zonnelader is actief wanneer de schakelaar naar ON of op CHARGE wordt omgeschakeld. De zonnelader zal beginnen met het opladen van de accu's zodra de spanning van het zonnepaneel hoger is dan de spanning van de acculader.

Het laadalgoritme is een 3-traps laadalgoritme, vergelijkbaar met die van onze andere laders en zonneladers:

Bulk laadfase

De accu wordt opgeladen met maximale laadstroom totdat de spanning toeneemt tot de ingestelde absorptiespanning is bereikt. De duur van de bulkfase is afhankelijk van de laadtoestand van de accu, alsmede de accucapaciteit en de laadstroom. Zodra de bulkfase voltooid is, zal de accu ongeveer 80 % opgeladen zijn (of >95 % voor lithium-accu's) en kan, indien nodig, weer in gebruik worden genomen.

Absorptie laadfase:

De accu wordt opgeladen met de ingestelde absorptiespanning, waarbij de laadstroom langzaam afneemt tot de accu volledig is opgeladen. De duur van de absorptiefase is adaptief en intelligent gevarieerd afhankelijk van het ontladingsniveau van de accu – dit wordt bepaald op basis van de duur van de bulklaadfase. De duur van de absorptiefase kan variëren van minimaal 30 minuten, tot maximaal 8 uur (of zoals geconfigureerd) voor een diep ontladen accu.

Druppel laadfase

De accuspanning wordt op de geconfigureerde druppellaadspanning gehouden. Zodra de druppel laadfase is begonnen, is de accu volledig opgeladen en klaar voor gebruik. Als de accu niet gebruikt wordt, kan de lader aangesloten blijven op de accu. De druppel laadfase zal ontlading door de zelfontlading van de accu voorkomen.

5.2.1. CHARGE-modus

De omvormer kan met behulp van de “ON/OFF/CHARGE”-schakelaar naar de CHARGE-modus worden omgeschakeld.

In de CHARGE-modus is de omvormer uitgeschakeld en is alleen de zonnelader operationeel. Deze modus zorgt ervoor dat de accu opgeladen blijft door zonne-energie, terwijl de AC-belastingen de accu niet kunnen ontladen, vooropgesteld dat de spanning van het zonnepaneel hoger is dan de accuspanning.

Gebruik deze modus bijvoorbeeld wanneer de AC-belastingen niet gebruik worden of wanneer de installatie niet bemand is.

5.3. LED-definities en probleemoplossing voor stroom en alarm

PH_inverter_VD_-_Green_LED_on_Red_LED_on.png

LED's

LED-gedrag

Operationele modus

Probleemoplossing

PH_inverter_VD_-_LED_-_Off.png

Groene POWER-LED is uit.

Rode ALARM-LED is uit.

De omvormer is uitgeschakeld, ofwel rechtstreeks of via de externe aan/uit-connector, of de omvormer krijgt geen stroom.

Controleer de ON/OFF/ECO-schakelaar: het moet in de ON-stand of in de ECO-stand staan.

Zet de schakelaar op OFF en vervolgens op ON om te controleren of de omvormer operationeel is.

Indien niet operationeel, controleer dan het volgende:

  • Controleer de externe Aan/Uit-aansluiting. Zit de draadlus op zijn plaats of is de remote schakelaar of het remote paneel ingeschakeld?

  • Controleer de DC-kabelaansluitingen en externe zekeringen. Kan er accuspanning bij de accu-aansluiting van de omvormer gemeten worden?

  • Als de interne zekering is doorgebrand, moet de omvormer teruggestuurd worden om gerepareerd te worden.

PH_inverter_VD_-_LED_-_On.png

Groene POWER-LED is aan.

Rode ALARM-LED is uit.

De omvormer is ingeschakeld en operationeel.

nvt

PH_inverter_VD_-_LED_-_Eco.png

Groene POWER-LED knippert langzaam met een korte puls.

Rode ALARM-LED is uit.

De omvormer bevindt zich in de ECO-modus en in de “zoeken”-status. Met andere woorden, de belasting van de omvormer is lager dan de instelling van het “ontwaak-vermogen”. De omvormer zendt met regelmatige tussenpozen een zoekpuls om te controleren of er een belasting is aangesloten of ingeschakeld.

Als de omvormer blijft in- en uitschakelen terwijl er een belasting is aangesloten, kan de belasting te klein zijn in vergelijking met de daadwerkelijke instellingen van de ECO-modus. Verhoog ofwel de belasting of wijzig de instelling van het “ontwaak-vermogen”

PH_inverter_VD_-_LED_-_Overload_warning.png

Groene POWER-LED is aan.

Rode ALARM-LED is aan.

Waarschuwing voor overbelasting.

De omvormer geeft aan dat de AC-belasting groter is dan het vermogen van de omvormer en dat als deze situatie aanhoudt, de omvormer uitgeschakeld zal worden als gevolg van een overbelasting alarm.

Verminder de AC-belasting

PH_inverter_VD_-_LED_-_Overload_alarm.png

Groene POWER-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Rode ALARM-LED is aan.

Alarm overbelasting.

De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van een langdurige overbelasting en zal niet meer automatisch opnieuw opgestart worden.

Verwijder de oorzaak van de overbelasting en start de omvormer opnieuw door deze uit en aan te zetten.

Raadpleeg hoofdstuk Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart. voor meer informatie.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Low_batt_warning.png

Groene POWER-LED is aan.

Rode ALARM-LED knippert langzaam.

Waarschuwing voor te lage accuspanning.

De accuspanning is gedaald tot onder de “lage accuspanning alarm grens. Mocht de accuspanning verder dalen, zal de omvormer uitgeschakeld worden op basis van een “Alarm te lage accuspanningu”.

Laad de accu op en/of schakel de AC-belastingen uit. Controleer ook of alle accukabels goed zijn vastgedraaid. Hebben de accukabels de juiste dikte, is de accu vol en is de accu nog in goede staat?

PH_inverter_VD_-_LED_-_High_batt_warning.png

Groene POWER-LED is aan.

RODE ALARM-LED knippert snel.

Waarschuwing voor te hoge accuspanning.

De accuspanning is te hoog. Mocht de accuspanning verder stijgen, zal de omvormer uitgeschakeld worden op basis van een “Alarm te hoge accuspanning”.

Verminder de DC-ingangsspanning, controleer of de accuspanning correct is en of de accubank correct is aangesloten. Controleer ook of er misschien defecte of verkeerde laders zijn of apparatuur met een defecte laadregelaar.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Temp_warning.png

Groene POWER-LED is aan.

Rode ALARM-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Waarschuwing hoge temperatuur.

De interne temperatuur is te hoog. Als de temperatuur verder stijgt, zal de omvormer uitgeschakeld worden op basis van een “Alarm te hoge temperatuur”.

Verlaag de AC-belasting en/of verplaats de omvormer naar een beter geventileerde ruimte.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Ripple_warning.png

Groene POWER-LED is aan.

Groene ALARM-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Waarschuwing hoge DC-rimpelspanning.

De DC-spanning heeft een te hoge rimpelspanning. Als de rimpelspanning verder stijgt, zal de omvormer uitgeschakeld worden op basis van een “Alarm te hoge DC-rimpelspanning”.

Controleer of alle accukabels goed zijn vastgedraaid. Hebben de accukabels de juiste dikte? Een DC-rimpel is gerelateerd aan een spanningsdaling in de accukabels. Raadpleeg het boek Wiring Unlimited voor meer informatie over DC-rimpels en hoe ze voorkomen kunnen worden.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Low_batt_alarm.png

Groene POWER-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Rode ALARM-LED knippert langzaam.

Alarm te lage accuspanning.

De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van een te lage accuspanning.

Om de omvormer opnieuw op te starten, laad dan de accu op of zet de omvormer uit en vervolgens weer aan.

Controleer de accuspanning op de accu-aansluitklemmen van de omvormer. Controleer ook de DC-zekeringen, kabels en kabelverbindingen

Raadpleeg hoofdstuk Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart. voor meer informatie.

PH_inverter_VD_-_LED_-_High_batt_alarm.png

Groene POWER-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Rode ALARM-LED knippert snel.

Alarm hoge accuspanning.

De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van een te hoge accuspanning.

Verminder de DC-ingangsspanning, controleer of de accuspanning correct is en of de accubank correct is aangesloten. Controleer ook of er misschien defecte of verkeerde laders zijn of apparatuur met een defecte laadregelaar.

De omvormer wordt automatisch geactiveerd wanneer de accuspanning tot een acceptabel niveau is gedaald.

Raadpleeg hoofdstuk Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart. voor meer informatie.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Temp_alarm.png

Groene POWER-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Rode ALARM-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Alarm hoge temperatuur.

De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van een te hoge temperatuur.

Wacht tot de omvormer is afgekoeld.

De omvormer wordt automatisch geactiveerd wanneer de interne temperatuur tot een acceptabel niveau is gedaald.

Controleer de omgeving van de omvormer: kan de ventilatie verbeterd worden, of kan de omvormer naar een koelere locatie verplaatst worden?

Raadpleeg hoofdstuk Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart. voor meer informatie.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Ripple_alarm.png

Groene POWER-LED knippert met een snelle dubbele puls.

Rode ALARM-LED knippert met een snelle enkele puls met langere tussenpozen.

Alarm DC-rimpel.

De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van een te hoge DC-rimpel.

Controleer of alle accukabels goed zijn vastgedraaid. Hebben de accukabels de juiste dikte? Een DC-rimpel is gerelateerd aan een spanningsdaling in de accukabels. Raadpleeg het boek Wiring Unlimited voor meer informatie over DC-rimpels en hoe ze voorkomen kunnen worden.

Om de omvormer opnieuw op te starten, zet dan de omvormer uit en vervolgens weer aan.

Raadpleeg hoofdstuk Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart. voor meer informatie.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Firmware_update.png

Groene POWER-LED en rode ALARM-LED knipperen snel en afwisselend.

Firmware-update geactiveerd.

Wacht tot de update is voltooid.

Probeer het uitvoeren van de firmware-update opnieuw als de firmware-update mislukt.

PH_inverter_VD_-_LED_-_Callibration_error.png

Groene POWER-LED en rode ALARM-LED knipperen langzaam en afwisselend.

Kalibratie- of parameterfout.

Neem voor ondersteuning contact op met de Victron-leverancier.

5.4. Definities STATE-LED

De gele STATE-LED geeft de staat van de zonnelader aan. Deze LED werkt onafhankelijk van de POWER-LED en de ALARM-LED.

PH_inverter_SUN_-_Yellow_LED_on.png

LED

LED-gedrag

Operationele modus

Accu

PH_inverter_SUN_-_LED_-_Not_charging.png

Gele STATE-LED is uit.

De zonnelader is uitgeschakeld, of er is niet genoeg zonne-energie om de accu op te laden.

De accu wordt niet opgeladen door de SUN-omvormer.

PH_inverter_SUN_-_LED_-_Bulk_charging.png

Gele STATE-LED knippert snel.

De zonnelader laadt de accu op en bevindt zich in de bulkfase*.

Dit is het eerste deel van de laadcyclus. De accu heeft een laadtoestand van tussen 0 % en 80 %.

PH_inverter_SUN_-_LED_-_Absorption_charging.png

Gele STATE-LED knippert langzaam.

De zonnelader laadt de accu op en bevindt zich in de absorptiefase*.

Dit is het tweede deel van de laadcyclus. De accu heeft een laadtoestand van tussen 80 % en 100 %.

PH_inverter_SUN_-_LED_-_Float_charging.png

Gele STATE-LED is aan.

De zonnelader laadt de accu op en bevindt zich in de druppellaadfase*.

Dit is het laatste deel van de laadcyclus. De accu is vol. De laadspanning is verlaagd.

*) Raadpleeg hoofdstuk Zonnelader voor een uitleg over het laadalgoritme.

5.5. Beschermingen en automatisch opnieuw opgestart.

Overbelasting

Sommige belastingen, zoals motoren of pompen, trekken grote inschakelstromen bij het opstarten. In dergelijke omstandigheden is het mogelijk dat de opstartstroom het uitschakelniveau voor te hoge stroom van de omvormer overschrijdt. In dit geval zal de AC-uitgangsspanning snel afnemen om de uitgangsstroom van de omvormer te beperken. Als het te hoge stroom-uitschakelniveau voortdurend wordt overschreden, wordt de omvormer uitgeschakeld, en vervolgens na 30 seconden opnieuw gestart.

Na 3 keer opnieuw opgestart te zijn, gevolgd door een nieuwe overbelasting binnen 30 seconden, zal de omvormer uitschakelen en uitgeschakeld blijven. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van een overbelasting. Om de omvormer opnieuw op te starten, zet dan de omvormer uit en vervolgens weer aan.

Te lage accuspanning (instelbaar)

De omvormer wordt uitgeschakeld wanneer de DC-ingangsspanning onder de parameter “Uitschakeling te lage accuspanning” daalt. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van te lage accuspanning. De omvormer zal automatisch opnieuw starten, na een minimale vertraging van 30 seconden, wanneer de accuspanning is gestegen tot boven de parameter “Opnieuw starten te lage accuspanning”.

Na drie keer opnieuw gestart te zijn, gevolgd door een nieuwe te lage accuspanning binnen 30 seconden, zal de omvormer uitschakelen en uitgeschakeld blijven. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van een te lage accuspanning. Om de omvormer opnieuw op te starten, zet u de omvormer uit en vervolgens weer aan. Of laad de accu opnieuw op. De omvormer zal automatisch opnieuw starten wanneer de accuspanning is gestegen gedurende een periode van minimaal 30 seconden, tot boven de parameter “Laaddetectie”.

Raadpleeg het hoofdstuk Technische specificaties voor standaard niveaus voor het uitschakelen en opnieuw opstarten als gevolg van een te lage accuspanning. De niveaus kunnen worden aangepast met behulp van de VictronConnect-app.

Er kan ook een dynamische uitschakeling bij een te lage accuspanning worden geïmplementeerd. Raadpleeg voor meer informatie hoofdstuk Dynamische uitschakeling.

Hoge accuspanning

De omvormer schakelt uit als de DC-ingangsspanning te hoog is. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van een te hoge accuspanning. De omvormer wacht eerst 30 seconden en gaat pas weer in bedrijf als de accuspanning tot een acceptabel niveau is gedaald.

Controleer op defecte acculaders, dynamo's of zonneladers die op de accu zijn aangesloten.

Hoge temperatuur

De omvormer schakelt uit als er een te hoge interne temperatuur wordt gedetecteerd. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van een te hoge temperatuur. De omvormer wacht eerst 30 seconden en gaat pas weer in bedrijf als de temperatuur tot een acceptabel niveau is gedaald.

Een alarm voor een te hoge temperatuur wordt over het algemeen veroorzaakt door een te hoge omgevingstemperatuur, vaak in combinatie met een hoge omvormer belasting. Controleer of de ruimte waarin de omvormer wordt gebruikt goed geventileerd en misschien zelfs geklimatiseerd is.

Hoge DC-rimpel

De omvormer schakelt zichzelf uit als er een te hoge DC-rimpel gedetecteerd wordt. De LED's zullen aangeven dat de uitschakeling het gevolg is van een te hoge DC-rimpel. De omvormer wacht 30 seconden en wordt vervolgens weer operationeel. Als de DC-rimpelspanning na 3 keer opnieuw opstarten nog steeds te hoog is, zal de omvormer uitschakelen en geen nieuwe poging doen. Om de omvormer opnieuw op te starten, zet dan de omvormer uit en vervolgens weer aan.

Een hoge DC-rimpel wordt meestal veroorzaakt door losse DC-kabelverbindingen en/of een te dunne DC-bedrading. Controleer de bedrading tussen de accu en de omvormer om rimpel alarmen op te lossen of te voorkomen. Controleer of de bedrading de aanbevolen dikte heeft, of alle aansluitingen goed zijn vastgedraaid en of de zekeringen en accu-isolatoren goed werken. Raadpleeg het boek Wiring Unlimited voor meer informatie over DC-rimpels.

Een continue hoge DC-rimpel vermindert de levensduur van de omvormer.

5.6. Bewaking via VictronConnect

De omvormer kan bewaakt worden met behulp van de VictronConnect-app.

PH_inverter_SUN_-_VictronConnect_main_screen.png

VictronConnect-app.

Raadpleeg voor informatie over het aansluiten hoofdstuk De VictronConnect-app en/of de VictronConnect-handleiding die beschikbaar is op de informatiepagina van de VictronConnect-app.

De VictronConnect-app zal de volgende informatie weergeven:

  • Omvormer belasting als een percentage van het vermogen van de omvormer.

  • AC-uitgangsspanning

  • Accuspanning.

  • Operationele staat.

  • Waarschuwings- of alarmberichten *.

  • Zonne-energie.

  • Zonne-spanning.

  • Zonnestroom **.

  • Zonne-nullastspanning **.

*) Houd er rekening mee dat de app niet in de achtergrond actief is. Dit betekent dat de app geen alarmen of waarschuwingen naar een telefoon zal sturen, tenzij de app op de voorgrond actief is.

**) De “nullastspanning” is de spanning van het zonnepaneel wanneer er geen stroom uit het paneel wordt getrokken. In situaties waar de nullastspanning lager is dan de accuspanning kan de zonnestroom niet gemeten worden, en als gevolg hiervan zal de VictronConnect-app aangeven dat de nullastspanning niet beschikbaar is. Hetzelfde is het geval als de zonnelader zich in de bulkfase bevindt of aan het begin van de absorptiefase. De reden is dat alle zonne-energie in de accu gaat en de open zonnespanning in feite de accuspanning wordt. Alleen tijdens een laadfase, zoals aan het einde van de absorptie- of druppellaadfase, waarvoor maar weinig stroom nodig is, kan de hardware de “nullastspanning” meten.

5.7. Bewaking via een GX-apparaat, GlobalLink en het VRM-portal

De omvormer kan worden aangesloten op een GX-apparaat, zoals een Cerbo GX of een Color Control GX. Wanneer aangesloten, zal het GX-apparaat de omvormer weergeven op het systeemoverzichtsscherm en de apparatenlijst. Het GX-apparaat zal ook een bericht weergeven in geval van een waarschuwing of alarm van de omvormer.

PH_inverter_SUN_-_GX_device_screens.png

Voorbeeld van GX-schermen van links naar rechts: systeemscherm, lijst met apparaten en scherm omvormerapparaat.

Als het GX-apparaat verbonden is met het internet, kan de omvormer op afstand worden bewaakt via het VRM-portal. Raadpleeg voor meer informatie over het VRM-portal, de informatiepagina VRM - Bewaking op afstand.

De omvormer kan ook worden aangesloten op een GlobalLink 520, en vervolgens op afstand worden bewaakt via het VRM-portal.