13. Nautische MFD-integratie door app
13.1. Inleiding & vereisten
Een Glazenbrug is een MFD (Multifunctioneel Display) die de systemen en navigatiestatus van een boot integreert in een groot scherm of schermen op de brug van het schip, waardoor meerdere meters, beugels en bedradingscomplicaties worden weggenomen.
Een Victron systeem kan eenvoudig geïntegreerd worden in een MFD, zoals te zien in deze video:
Functionaliteiten:
Bewaak walstroom en aggregaatstatus.
Bewaak accustatus voor één of meerdere accu's. Door gebruik te maken van de spanning van bijvoorbeeld acculaders, kan het ook secundaire accu's zoals Aggregaatstartaccu's weergeven.
Bewaak de stroomconversieapparatuur: acculaders, omvormers, omvormer/acculaders.
Bewaak de zonneproductie van een MPPT-zonnelader
Bewaak AC belastingen en DC belastingen.
Bewaak tankniveaus en temperaturen
Stel de walstroom ingangsstroom limiet in.
Bedien de omvormer/acculader: schakel hem uit, aan of zet hem op alleen laden.
Open optioneel het paneel van de Victron Remote Console, zodat er toegang is tot verdere parameters.
Let erop dat bewaking en besturing van AC-laders die via VE.Direct of VE.Can zijn aangesloten (dit geldt voor Phoenix IP43 Smart Chargers en de Skylla-serie) alleen werken als er walstroom is aangesloten.
Compatibiliteit met Victron apparatuur:
Alle Victron omvormer/acculaders: Van een 500 VA 1-fase apparaat tot een groot 180 kVA 3-fasen-systeem, inclusief Multi's, Quattro's, 230 VAC- en 120 VAC-modellen.
Accumonitors: BMV-700, BMV-702, BMV-712, SmartShunt en de latere Lynx Shunt VE.Can, Lynx Ion BMS, Lynx Smart BMS.
Alle Victron MPPT-zonnelaadregelaars
Temperatuursensoren en tankzenders zo ver als bepaald in deze handleiding. Raadpleeg de hoofdstukken Victron-producten aansluiten en Aansluiten van ondersteunde niet-Victron producten voor ondersteunde apparaten.
Vereiste onderdelen:
Accusysteem
Victron GX-apparaat (alle modellen zijn compatibel)
Victron-omvormer/acculader.
Victron-accumonitor.
Netwerkkabelverbinding tussen MFD en GX-apparaat (rechtstreeks of via netwerkrouter)
MFD-specifieke ethernet adapterkabel (alleen voor enkele merken, zie gedetailleerde informatie in onderstaande koppelingen)
De App gebruiken voor andere doeleinden
De App zoals zichtbaar op de MFD's, is een HTML5-app, gehost op het GX-apparaat. De app is ook toegankelijk vanaf een normale pc (of mobiel toestel), door met een browser te navigeren naar: http://venus.local/app/. Of vervang venus.local door het GX-IP-adres.
13.2. Raymarine MFD-integration
13.2.1. Inleiding
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe er verbinding gemaakt wordt met Raymarine MFD's via een Ethernet-aansluiting. In het laatste hoofdstuk wordt uitgelegd hoe Raymarine werkt bij aansluiting op NMEA 2000.
De gebruikte integratietechnologie wordt LightHouse Apps door Raymarine genoemd.
Let op dat er een alternatieve methode om aan te sluiten is, dat is NMEA 2000.. Voor details raadpleeg het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk.
13.2.2. Compatibiliteit
De MFD-integratie is compatibel met de Axiom, Axiom Pro en Axiom XL MFD's draaiend op LightHouse 3 en Lighthouse 4. De MFD's van de eS- en gS-reeksen die opgewaardeerd zijn naar LightHouse 3 zijn niet compatibel.
Raymarine MFD's hebben minstens LightHouse v3.11 nodig voor compatibiliteit, dat in november 2019 werd uitgebracht.
Vanuit Victron-zijde kunnen alle GX-apparaten (Cerbo GX, Color Control GX, Venus GX, enzovoort) gebruikt worden en zijn compatibel. Voor details over gedetailleerde productcompatibiliteit met betrekking tot omvormer/laders en andere componenten, raadpleeg het hoofd Maritieme MFD Integratie door App hoofdstuk.
13.2.3. Aansluitingen
De MFD moet met het GX-apparaat verbonden worden via ethernet. Het is niet mogelijk via WiFi te verbinden. Voor de Ethernetaansluiting is een RayNet-adapter vereist.
De RayNet-adapters kunnen van Raymarine gekocht worden:
Raymarine onderdeelnummer | Omschrijving |
---|---|
A62360 | RayNet (F) naar RJ45 (M) - 1 m |
A80151 | RayNet (F) naar RJ45 (M) - 3 m |
A80159 | RayNet (F) naar RJ45 (M) - 10 m |
A80247 | RayNet (F) naar RJ45 (F) Adapter |
A80513 | RayNet mannelijk naar RJ45 adapterkabel |
Gebruik WiFi om het GX-apparaat ook met internet te verbinden. Als de Axiom MFD verbonden is met internet (via WiFi), deelt de Axiom MFD automatisch zijn aansluiting met het GX-apparaat over ethernet.
Opmerking
Aansluiten van een Axiom MFD aan een netwerk-router over Ethernet geeft IP-adresconflicten, door de geïntegreerde DHCP server in de Axiom MFD.
Opmerking
Het is niet mogelijk een GX GSM of een GX LTE 4G te gebruiken door de geïntegreerde DHCP-server van de Axiom MFD.
Opmerking
Vanaf Raymarine LightHouse v 3.15 bestaat er een optie om DHCP in of uit te schakelen. Uitschakelen van deze optie betekent niet dat de Axiom MFD werkt met netwerkrouters van derden. Raadpleeg deze post op Victron gemeenschap voor meer informatie.
13.2.4. Instellen GX-apparaat
Ga, op het Victron GX-apparaat, naar Instellingen → Services, en schakel daar zowel MQTT on LAN (SSL) als MQTT on LAN (Plaintext) in.
Ga vervolgens naar Menu → Instellingen → Systeeminstellingen → Accumetingen en stel daarop welke accu's getoond moeten worden op de MFD; en met welke naam.
Voor boten, campers en andere toepasssingen met DC-belastingen zoals verlichting en een geïnstalleerde accumonitor, zorg ervoor het “Heeft DC-systeeminstelling” in te schakelen. Raadpleeg voor meer informatie erover het Menustructuur en instelbare parameters hoofdstuk.
Geen andere instellingen zoals IP-adressen en dergelijke zijn vereist, omdat de Axiom MFD's een geïntegreerde DHCP-server hebben.
13.2.5. Instellen meerdere accumetingen
Deze video verklaart hoe meerdere accumetingen op te stellen en hoe ze te benoemen.
13.2.6. Installatiestappen
Sluit de RayNet-adapterkabel aan op de MFD
Sluit het RJ45-uiteinde van de RayNet-adapterkabel aan op de Ethernet-poort van het GX-apparaat
Ga, op de MFD, naar Apps en selecteer dan het Victron-logo
En...je bent klaar. Alle informatie kan nu op één scherm worden bekeken:
DC-belastingen, accu-informatie, walstroomaansluiting, PV-productie, AC-belastingen, omvormer en aggregaatbesturing en de optie om de Remote Console te openen
Deze video toont de exacte stappen:
Tip
Na het aansluiten van de Ethernetkabel op het GX-apparaat ontvangt het een IP-nummer van de Axiom DHCP. Als de Victron-App gestart wordt op de Axiom en het toont “hardware-apparaten niet gevonden”, herstart dan gewoon de Axiom en kijk… het werkt!
13.2.7. NMEA 2000
Naast aansluiten over ethernet kan een Raymarine MFD ook aangesloten worden op het Victron-systeem via NMEA 2000. Als NMEA 2000 & Victron onbekend is, start dan met lezen van het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000hoofdstuk.
De onderstaande secties leggen de specifieke NMEA 2000 aspecten uit bij het aansluiten van Victron op een Raymarine MFD.
13.2.8. Algemene en ondersteunde PGN's
Ga, om de databronnen op de Raymarine op te stellen, naar Instellingen → Netwerk → Bronnen → Geavanceerd.
Als er meer dan 1 accu is zorg er dan voor de instellingen van de Axiom aan te passen aan de juiste hoeveelheid accu(banken).
De volgende Victron-gerelateerde PGN's worden ondersteund door Raymarine:
PGN | Omschrijving |
---|---|
127505 | Vloeistofniveau (tankniveaus) |
127506 | DC gedetailleerde Status (laadstatus, resterende tijd) |
127507 | Laderstatus |
127508 | Accustatus (accuspanning, accustroom) |
127509 | Omvormerstatus |
Houd in gedachten dat J1939 - AC-gegevens niet ondersteund worden door Raymarine.
Als het NMEA 2000/STNG-netwerk GPS-gegevens heeft, dan ziet het GX-apparaat dit als een GPS-bron en kan het GPS-positie in VRM gebruiken.
13.2.9. Instancing vereisten bij het gebruik van Raymarine
Vloeistof instancing details:
Raymarine i70: max. aantal tankniveaus is 5; vloeistof instance 0-4 en type moet benzine zijn
Raymarine i70s: max. aantal tankniveaus is 5; vloeistof instance 0-4 en type moet benzine zijn
Axiom MFD's: per Lighthouse-versie 4.1.75a kan een maximum van 16 tanks verbonden worden; vloeistof instance 0-15
13.2.10. Vóór LightHouse 4.1.75
Als er meer dan één is, ie SmartShunt in het NMEA 2000-netwerk, of een PV-lader en een SmartShunt, of enig ander apparaat dat hetzelfde type van PGN's verzendt, dan moeten de Data instances van deze PGN's gewijzigd worden om elke Data instance uniek te maken.
Kenmerkend betreft dit de accu instance, gebruikt in de accustatus en DC gedetailleerde PGN's.
Kijk hier hoe dat te doen: Wijzigen NMEA 2000 Instances, sectie Data instances. Dit vereist een Actisense NGT-1 NMEA 2000 naar PC (USB) Interface.
Opmerking
Dit vereiste dat Data instances dat globaal uniek is voor een PGN is specifiek voor Raymarine. Andere merken vereisen dit niet. En, hoewel misschien naast de kwestie, ook de NMEA 2000-standaard vereist het niet. Meer specifiek stelt het: “Data instances zullen uniek zijn als ze door een apparaat in dezelfde PGN's worden verzonden. Data instances zijn niet globaal uniek op het netwerk.”.
13.2.11. LightHouse 4.1.75 en nieuwer
Vanaf LightHouse-versie 4.1.75 moeten de accu instances niet langer uniek zijn. Dit betekent dat de accu instance op de standaard waarde gelaten kan worden, die meestal op 0 wordt gezet.. De accu's worden automatisch gedetecteerd door de Axiom-weergave.
13.3. Navico MFD-integratie
13.3.1. Inleiding
Navico is het algemene merk achter de B&G, Simrad en Lowrance MFD's.
Dit hoofdstuk verklaart hoe verbinding te maken met Navico MFD's via een Ethernet-verbinding.
Zorg ervoor om ook de Maritieme MFD-integratie door App hoofdstuk te bestuderen.
Houd er rekening mee dat er een alternatieve methode is om verbinding te maken, dat is NMEA 2000. Raadpleeg het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 voor details.
13.3.2. Compatibiliteit
Navico compatibele hardware:
Product | Beeldschermgrootte | Opmerkingen | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Simrad | NSO EVO3/S | 16 | 19 | 24 | |||||
NSS EVO3/S | * | 9 | 12 | 16 | NSS7 EVO3 is compatibel | ||||
IDS | 9 | 12 | |||||||
NSX | 7 | 9 | 12 | Gebruikt een andere browser. Niet alle functies worden momenteel ondersteund. | |||||
Go* | 7* | 9 | 12 | Go5 is niet compatibel Go7 XSR is compatibel terwijl Go7 XSE dit niet is | |||||
B&G | Zeus3/3S Glass Helm | 16 | 19 | 24 | |||||
Zeus3/3S | * | 9 | 12 | 16 | Zeus3 7 is compatibel | ||||
Zeus S | 7 | 9 | 12 | Gebruikt een andere browser. Niet alle functies worden momenteel ondersteund. | |||||
Vulcan* | 7* | 9 | 12 | Vulcan 5 is niet compatibel Vulcan 7R en 7FS zijn niet compatibel | |||||
Lowrance | HDS Pro | 9 | 10 | 12 | 16 | ||||
HDS Live | 7 | 9 | 12 | 16 | |||||
HDS Carbon | 7 | 9 | 12 | 16 | |||||
Elite FS | 7 | 9 |
Houd er rekening dat deze functie ook werkt op de Simrad NSS EVO2 en B&G Zeus2, maar alleen beperkt. Bovendien wordt het niet officieel ondersteund door Victron of Navico en er zijn geen nieuwe softwareversies om problemen op te lossen die kunnen optreden. Met andere woorden, het is geen door Navico ondersteunde configuratie.
Op dit ogenblik is het niet mogelijk de Victron MFD App op een andere manier te besturen dan via het aanraakscherm. Dit betekent dat het volgende niet gebruikt kan worden:
Lokale besturingen, i.e. WheelKey en pijltoetsen
Simrad OP50
B&G ZC2
13.3.3. Bedrading
Het Navico-apparaat moet verbonden worden met GX-apparaat via Ethernet. Het is niet mogelijk via WiFi te verbinden. Voor de Ethernetaansluiting is een Navico-adapter vereist daar de Navico MFD's een ronde waterdichte connector op de achterkant hebben. De adapters kunnen gekocht worden van Navico:
ETHADAPT-2M 127-56
KABEL RJ45M-5F ETH ADPTR NIET-WATERDICHT
13.3.4. Instellingen GX-apparaat
Ga, op het Victron GX-apparaat, naar Instellingen → Services, en schakel daar zowel MQTT on LAN (SSL) als MQTT on LAN (Plaintext) in.
Ga vervolgens naar Menu → Instellingen → Systeeminstellingen → Accumetingen en stel daarop in welke accu's er op de MFD getoond moeten worden; en met welke naam.
Voor boten, campers en andere toepasssingen met DC-belastingen zoals verlichting en een geïnstalleerde accumonitor, zorg ervoor het “Heeft DC-systeeminstelling” in te schakelen. Raadpleeg voor meer informatie erover het Menustructuur en instelbare parameters hoofdstuk.
Geen andere instellingen zoals IP-adressen of gelijkaardig zijn vereist. Het GX-apparaat en de Navico-apparaten maken verbinding met elkaar via een technologie, linklokaal adresseren genoemd.
Het is mogelijk de router te verbinden met hetzelfde LAN; en op die manier het GX-apparaat met het internet te verbinden. Het GX-apparaat kan ook verbonden worden met het internet via WiFi of met een GX LTE 4G.
Houd er rekening mee dat de GX LTE 4G alleen gebruikt kan worden als het MFD- en GX-apparaat rechtstreeks met elkaar verbonden worden, zonder een router.
13.3.5. Instellen meerdere accumetingen
Deze video verklaart hoe meerdere accumetingen op te stellen en hoe ze te benoemen.
13.3.6. Installatiestappen
Sluit de UTP-kabel aan op de MFD
Sluit het andere uiteinde van de UTP-kabel aan op de Ethernet-poort van het GX-apparaat
Ga naar Apps op het MFD en selecteer dan het Victron Energy-logo, wat na enkele seconden verschijnt
En... klaar. Alle informatie kan nu worden bekeken op één scherm, dat is:
DC-belastingen, accu-informatie, walstroomaansluiting, PV-productie, AC-belastingen, omvormer en aggregaatbesturing en de optie om de Remote Console te openen
Deze video toont de exacte stappen:
13.3.7. NMEA 2000
Naast aansluiten over ethernet kan een Navico MFD ook aangesloten worden op het Victron-systeem via NMEA 2000. Als NMEA 2000 & Victron nieuw voor je is, start dan met lezen van het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk.
De MFD kan eenvoudig ingesteld worden om de gegevens weer te geven vanuit het GX-apparaat. Het is niet nodig een instance te wijzigen.
Ga, om de databronnen in te stellen op de MFD, naar Instellingen → Netwerk → Bronnen → Geavanceerd.
13.3.8. Algemene en ondersteunde PGN's
Ga, om de databronnen in te stellen op de Navico MFD, naar Instellingen → Netwerk → Bronnen → Geavanceerd.
De volgende Victron-gerelateerde PGN's worden ondersteund:
PGN | Omschrijving |
---|---|
127505 | Vloeistofniveau (tanks) |
127506 | DC gedetailleerde Status (laadstatus, resterende tijd) |
127507 | Laderstatus |
127508 | Accustatus (accuspanning, accustroom) |
127509 | Omvormerstatus |
J1939 | AC PGNs |
13.3.9. Problemen oplossen
V1: De MFD-pagina toont oude informatie of toont de probleempagina rond verbindingen, maar het GX-apparaat draait en verbonden met het Victron-icoon is het aanwezig op de startpagina.
A1: Probeer de pagina opnieuw te laden door te drukken op het menu in de rechterbovenhoek en selecteer HOME.
13.4. Garmin MFD-integratie
13.4.1. Inleiding
Dit hoofdstuk legt uit hoe verbinding te maken met Garmin MFD's via een Ethernet verbinding. De gebruikte integratietechnologie wordt gebruikt Garmin OneHelm.
Zorg ervoor om ook Maritieme MFD Integratie door App hoofdstuk te bestuderen
Houd er rekening mee dat er een alternatieve methode is om verbinding te maken, dat is NMEA 2000. Raadpleeg het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk voor details.
13.4.2. Compatibiliteit
OneHelm is momenteel beschikbaar voor de volgende modellen:
GPSMAP® 8400/8600 MFD reeks
GPSMAP® 722/922/1222 Plus MFD reeks
ActiveCaptain wordt ook ondersteund. De onderstaande schermafbeelding toont ActiveCaptain met de Victron App.
Vanuit Victron-zijde kunnen alle GX-apparaten (Cerbo GX, Color Control GX, Venus GX, enzovoort) gebruikt worden en zijn compatibel. Voor details over gedetailleerde productcompatibiliteit met betrekking tot omvormer/laders en andere componenten, raadpleeg het hoofd Maritieme MFD Integratie door App hoofdstuk.
13.4.3. Bedrading
De Garmin MFD moet verbonden worden met het GX-apparaat via Ethernet. Het is niet mogelijk via WiFi te verbinden. Voor de Ethernetaansluiting is een Garmin-adapter vereist:
Garmin onderdeelnaam | Lengte | Garmin onderdeelnummer |
---|---|---|
Maritieme Netwerkkabels | 6 ft | 010-10550-00 |
Maritieme Netwerkkabels | 20 ft | 010-10551-00 |
Maritieme Netwerkkabels | 40 ft | 010-10552-00 |
Maritieme Netwerkkabels | 500 ft | 010-10647-01 |
13.4.4. Instellingen GX-apparaat
Ga, op het Victron GX-apparaat, naar Instellingen → Services, en schakel daar zowel MQTT on LAN (SSL) als MQTT on LAN (Plaintext) in.
Ga vervolgens naar Menu → Instellingen → Systeeminstellingen → Accumetingen en stel daarop welke accu's op de MFD getoond moeten worden; en met welke naam.
Voor boten, campers en andere toepasssingen met DC-belastingen zoals verlichting en een geïnstalleerde accumonitor, zorg ervoor het “Heeft DC-systeeminstelling” in te schakelen. Raadpleeg voor meer informatie erover het Menustructuur en instelbare parameters hoofdstuk.
Geen bijzondere netwerkinstellingen zijn noodzakelijk. Niet op de Garmin en niet op het Victron GX-apparaat.
De Garmin MFD's draaien een DHCP-server; en het GX-apparaat wordt standaard ingesteld om DHCP te gebruiken. Na de kabel in te voeren, wordt het Victron Energy-icoon na 10 tot 30 seconden getoond.
Om het GX-apparaat te verbinden met het internet en het VRM-portaal en de Ethernet-poort ral in gebruik is om verbinding te maken met de Garmin, gebruik dan WiFi. Raadpleeg voor meer informatie erover het Internet verbinding hoofdstuk.
Opmerking
Aansluiten van een Garmin MFD aan een netwerk-router over Ethernet-leidraden naar IP-adresconflicten, door de geïntegreerde DHCP server.
Opmerking
Het is niet mogelijk een GX GSM of een GX LTE 4G te gebruiken door de geïntegreerde DHCP-server van de Garmin MFD.
13.4.5. Instellen meerdere accumetingen
Deze video verklaart hoe meerdere accumetingen op te stellen en hoe ze te benoemen.
13.4.6. Installatiestappen
Sluit de UTP-kabel aan op de MFD
Sluit het andere uiteinde van de UTP-kabel aan op de Ethernet-poort van het GX-apparaat
Ga naar Apps op het MFD en selecteer dan het Victron Energy-logo, wat na enkele seconden verschijnt
En... klaar. Alle informatie kan nu worden bekeken op één scherm, dat is:
DC-belastingen, accu-informatie, walstroomaansluiting, PV-productie, AC-belastingen, omvormer en aggregaatbesturing en de optie om de Remote Console te openen
Deze video toont de exacte stappen:
13.4.7. NMEA 2000
Naast aansluiten over ethernet kan een GarminMFD ook aangesloten worden op het Victron-systeem via NMEA 2000. Als NMEA 2000 & Victron nieuw voor je is, start dan met lezen van het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk.
De MFD kan eenvoudig ingesteld worden om de gegevens weer te geven vanuit het GX-apparaat. Het is niet nodig een instance te wijzigen.
Ga, om NMEA 2000 op de MFD op te stellen, naar instellingen → Communicaties → NMEA 2000instellingen → Apparatenlijst. Hier kan de informatie over de aangesloten producten bekeken worden en hun namen gewijzigd worden. Houd er rekening mee dat de namen bewaard worden op de MFD en niet op het NMEA 2000-apparaat.
13.4.8. Algemene en ondersteunde PGN's
De volgende Victron-gerelateerde PGN's worden ondersteund:
PGN | Omschrijving |
---|---|
127505 | Vloeistofniveau (tanks) |
127506 | DC gedetailleerde Status (laadstatus, resterende tijd) |
127508 | Accustatus (accuspanning, accustroom) |
De ondersteunde PGN's kunnen per model variëren. Raadpleeg de handleiding van de MFD voor een lijst van ondersteunde PGN's.
13.5. Furuno MFD-integratie
13.5.1. Inleiding
Dit hoofdstuk legt uit hoe verbinding te maken met Furuno MFD's via een Ethernet-verbinding.
Zorg ervoor om ook de Maritieme MFD-integratie door App-hoofdstuk te bestuderen.
Let op dat er een alternatieve methode om aan te sluiten is, wat NMEA 2000 is. Raadpleeg het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk. Momenteel hebben Furuno MFD's alleen ondersteuning voor vloeistofniveau PGN's, verzonden door Victron-apparatuur.
13.5.2. Compatibiliteit
De MFD-integratie is compatibel met de volgende Furuno MFD's:
NavNet TZtouch3 TZT12F
NavNet TZtouch3 TZT16F
NavNet TZtouch3 TZT19F
Navnet TZtouch2 TZT2BB Black box
Onthoud dat NavNet TZtouch3 MFD's minstens softwareversie v1.08 nodig heeft. De Navnet TZtouch2 TZT2BB heeft minstens softwareversie v7.01 nodig.
Merk ook op dat de Navnet TZtouch2 TZTL-modellen niet ondersteund worden.
Vanuit Victron-zijde kunnen alle GX-apparaten (Cerbo GX, Color Control GX, Venus GX, enzovoort) gebruikt worden en zijn compatibel. Voor details over gedetailleerde productcompatibiliteit met betrekking tot omvormer/laders en andere componenten, raadpleeg het hoofd Maritieme MFD Integratie door App hoofdstuk.
13.5.3. Bedrading
Het Furuno-apparaat moet verbonden worden met het GX-apparaat via Ethernet. Het is niet mogelijk via WiFi te verbinden. Voor de Ethernetaansluiting kan een standaard Ethernetkabel gebruikt worden. Het GX-apparaat kan ofwel rechtstreeks verbonden worden met de MFD of via een netwerkrouter/schakelaar.
13.5.4. Instellingen
Ethernet instelling
Zorg ervoor dat op het Victron GX-apparaat de erthernetkabel verbonden is en ga dan naar Instellinge → Ethernet en stel de volgendee instelling in:
Instelling | Waarde |
---|---|
IP-instellingen | Handleiding |
IP-adres | 172.31.201.12 |
Netmasker | 255.255.0.0 |
Gateway | 0.0.0.0 of het IP-adres van de router in het netwerk |
DNS-server | 0.0.0.0 of het IP-adres van de router in het netwerk |
Het is mogelijk een router te verbinden met het zelfde LAN; en op die manier het GX-apparaat met het internet te verbinden. Zorg ervoor dat de Gateway en DNS Server-instellingen van de GX ingesteld worden op het IP-adres van de router, en dat de router zijn LAN IP-adressering ingesteld worden in hetzelfde subnet.
Opmerking
Het is niet mogelijk een GX GSM of een GX LTE 4G te gebruiken.
Instellingen GX-apparaat
Ga, op het Victron GX-apparaat, naar Instellingen → Services, en schakel daar zowel MQTT on LAN (SSL) als MQTT on LAN (Plaintext) in.
Ga vervolgens naar Menu → Instellingen → Systeeminstellingen → Accumetingen en stel daarop welke accu's op de MFD getoond moeten worden; en met welke naam.
Voor boten, campers en andere toepasssingen met DC-belastingen zoals verlichting en een geïnstalleerde accumonitor, zorg ervoor het “Heeft DC-systeeminstelling” in te schakelen. Raadpleeg voor meer informatie erover het Menustructuur en instelbare parameters hoofdstuk.
13.5.5. Instellen meerdere accumetingen
Deze video verklaart hoe meerdere accumetingen op te stellen en hoe ze te benoemen.
13.5.6. NMEA 2000
Naast aansluiten over ethernet kan een Furuno MFD ook aangesloten worden op het Victron-systeem via NMEA 2000. Als NMEA 2000 & Victron nieuw voor je is, start dan met lezen van het Integratie Maritieme MFD's met NMEA 2000 hoofdstuk.
Dit hoofdstuk documenteert de details bij het tonen van Victron NMEA 2000 informatie op Furuno MFD's. Houd er rekening mee dat dit niet bedoeld wordt als een uitgebreide handleiding. Het is het eenvoudige resultaat van onze R&D die alles controleert op een Furuno MFD. De functionaliteit wordt (meestal) gedicteerd door Furuno software en kan daarom ook veranderen en verbeteren als Furunohun software wijzigt.
De MFD kan eenvoudig ingesteld worden om de gegevens weer te geven vanuit het GX-apparaat. Om tankgegevens weer te geven is er geen noodzaak om een instance te wijzigen. Om accu/DC-gegevens van Victron-apparatuur juist te tonen moeten de Data instances van PGN's die uitgezonden worden gewijzigd worden. Kijk hier hoe dat te doen: Wijzigen NMEA 2000 Instances, sectie Data instances.
Ga, om NMEA 2000 op de MFD te bekijken, naar Instellingen → Initiële instellingen → Gegevensverkrijging → Sensorlijst. Hier kan de basisinformatie bekeken worden en Device instances en algemene namen gewijzigd worden.
13.5.7. Algemene en ondersteunde PGNs
De volgende Victron-gerelateerde PGN's worden ondersteund:
PGN | Omschrijving |
---|---|
127505 | Vloeistofniveau (tanks) |
127506 | DC gedetailleerde Status (laadstatus, resterende tijd)1) |
127508 | Accustatuss (beperkte ondersteuning); spanning, stroom (1, 2) |
1) De geteste Furuno MFD firmware ondersteunt een maximum van 4 accu's, niet meer 2) Door een bug in de MFD-firmware wordt een negatieve accustroom (ie. bij het ontladen) getoond als --- (drie stropen) |