15. RV-C-Ondersteuning
15.1. RV-C-Introductie
Victron ondersteunt het RV-C-protocol, vanaf Venus OS-firmware v2.90
Wat is het RV-C-protocol?
Het RV-C (Recreation Vehicle-CAN)-protocol is voor campers wat NMEA 2000 (ook bekend als N2K) is voor boten: een communicatieprotocol gebaseerd op CAN-bus (Controller Area Network-bus) en wordt voornamelijk gebruikt in campers in de VS om apparaten en toestellen in campers te laten communiceren en samenwerken.
Er zijn twee basisfuncties, RV-C-uit en RV-C-in.
RV-C-uit maakt bediening en bewaking van compatibele Victron-apparaten mogelijk vanaf een RV-C-bedieningspaneel.
RV-C-in maakt het mogelijk om gegevens te ontvangen van een of meerdere compatibele RV-C-apparaten en om die gegevens weer te geven op het GX-apparaat.
Samengevat, als deze functie is ingeschakeld met het GX-apparaat aangesloten op een RV-C-netwerk, dan kan een RV-C-bedieningspaneel de Victron-gegevens lezen bijv. van een BMV of een omvormer/acculader en deze aan de gebruiker tonen of zelfs enkele ervan bedienen. Compatibele RV-C-apparaten worden gelijktijdig weergegeven op het GX-apparaat.
RV-C is gebouwd op SAE J1939.
15.2. Beperkingen
VE.Can-apparaten
De RV-C- en VE.Can-protocollen zijn niet compatibel met elkaar: een VE.Can-poort op een GX-apparaat kan ingesteld worden op het VE.Can-profiel of op het RV-C-profiel, maar niet allebei tegelijk.
Een GX-apparaat gebruiken met slechts één volledig functionele VE.Can-poort betekent dat beperkt wordt welke apparaten in het systeem kunnen worden gebruikt als een aansluiting op de RV-C een vereiste is.
Typische RV-gerelateerde producten die daarom niet in de hierboven beschreven situatie kunnen worden gebruikt:
de Lynx Smart BMS kan niet worden gebruikt omdat het moet worden aangesloten via de VE.Can. Gebruik in plaats daarvan een VE.Bus BMS (maakt verbinding met de VE.Bus-poort).
de Lynx Smart Shunt kan niet worden gebruikt. Gebruik in plaats daarvan een SmartShunt (maakt verbinding via VE.Direct).
de Wakespeed-dynamoregelaar kan niet worden aangesloten op de bewaking van het GX-apparaat.
MPPT-laadregelaars met een hoger vermogen moeten aangesloten worden met behulp van hun VE.Direct-verbinding. Niet op een VE.Can-netwerk.
Afhankelijk van het systeem beperkt dit momenteel ook de selectie van een geschikt GX-apparaat:
Color Control GX (CCGX), MultiPlus-II GX en EasySolar-II GX: heeft slechts één VE.Can-poort. Het kan dus worden ingesteld voor ofwel VE.Can of RV-C, maar niet voor beiden. Hierdoor kan er geen systeem samengesteld worden met een Lynx Smart BMS (die aangesloten moeten worden op een VE.Can-poort) die gelijktijdig verbonden is met een RV-C.
Cerbo GX: huidige generatie heeft slechts één (volledig functionele) VE.Can-poort. Hetzelfde als hierboven, het is ofwel VE.Can of RV-C, niet beiden.
Opmerking
Let op dat de BMS-Can-poort op de Cerbo GX beperkt is en niet gebruikt kan worden als RV-C-poort.
Venus GX: heeft twee VE.Can-poorten. Kan dus op beiden worden aangesloten, gelijktijdig op VE.Can- en RV-C-netwerken.
Ekrano GX: heeft twee VE.Can-poorten. Kan dus verbonden worden met beiden, VE.Can en RV-C netwerken tegelijkertijd.
15.3. Ondersteunde apparaten
Venus v2.90 biedt RV-C-uit-ondesteuning voor de volgende producten:
Victron-product | Opmerkingen |
|---|---|
VE.Bus omvormer / acculader | De omvormer en lader kunnen apart geregeld worden (aan/uit) van RV-C. Ook walstroomlimiet kan ingesteld worden. |
Smart IP43-Charger 120-240 V | Kan geactiveerd/gedeactiveerd (aan/uit) worden via RV-C. Ook walingangstroom kan ingesteld worden. |
Smart IP43 Charger 230 V | De Smart IP43 Charger 230 V kan niet geregeld worden en is alleen-lezen. |
Skylla-i en Skylla-IP44/IP65 | Houd er rekening mee dat dit twee volledig functionele CAN-bus interfaces vereist. Voor het ogenblik hebben alleen de Venus GX en de Ekrano GX deze twee interfaces. |
VE.Direct-Inverter | |
Inverter Smart en Inverter RS | |
PV-laders chargers incl. MPPT RS | |
Accu's: BMV, SmartShunt, Lynx Shunt, Lynx Ion BMS, Lynx Smart BMS | |
Tanks; Tankniveauzenders verbonden met: de tankniveau-ingang van het GX-apparaat een GX Tank 140 de VE.Can en/of NMEA 2000 poort van het GX-apparaat |
VenusOS ondersteunt ook RV-C in gegevens voor:
RV-C-tanksensoren
Houd er rekening mee dat de Garnet SeeLeveL II 709 geen absoluut tankniveau en tankinhoud heeft. Daarom tonen we alleen het relatieve niveau. Tanks van een ander GX-apparaat zal een absoluut niveau en capaciteit hebben, maar kan niet via RV-C ingesteld worden.
RV-C-accu’s: Lithionics is de enige ondersteunde RV-C-accu (inclusief DVCC-ondersteuning)
Raadpleeg bijlage voor geavanceerde parameters en RV-C-programmering.
15.4. RV-C Instellingen
De instelling voor RV-C wordt via het GX-apparaat gedaan:
Open de afstandsbediening en ga naar Instellingen → Services → VE.Can-poorten → CAN-bus-profiel.
Open het CAN-bus-profiel en selecteer het RV-C (250 kbit/s)-profiel.
Het RV-C profiel start te werken en het vorige geselecteerde profiel sluit (gekoppeld apparatuur zoals VE.Can-apparaten worden niet meer beschikbaar in de GUI).
 |  |  |
15.4.1. Instelling van RV-C uit apparaten
RV-C uit-apparaten worden ingesteld vanuit het Devices submenu in het VE.Can-poort menu.
Het apparaten submenu bevat alle apparaten van het RV-C netwerk inclusief RV-C uit apparaten. De laatste wordt geïdentificeerd door hun [VRM# instance], wat gebruikt kan worden om de ”echte" apparaten te identificeren van het rootmenu van het GX-apparaat. De hexadecimale aan de rechterkant is het bronadres.
Als er naar het submenu van een RV-C apparaat gegaan wordt, dan wordt er algemene RV-C apparaatinformatie getoond en belangrijker het instellingenmenu als er omlaag gegaan wordt naar onder op de pagina. Het bekijken van het instellingenmenu vereist minstens gebruiker- en installateur-toegangsniveau, raadpleeg hoofdstuk Menustructuur en instelbare parameters.
De instance voor de overeenstemmende DGN's kan gewijzigd worden in het instellingen submenu.
15.5. Ondersteuning Garnet SeeLevel II 709-RVC & Victron GX-apparaat
Met RV-C ondersteuning in Venus OS is het ook mogelijk de Garnet SeeLevel 709-RVC te gebruiken en de gegevens weer te geven op het GX-apparaat en VRM. Alle 709-RVC modellen en de SeeLevel Soul zijn compatibel met de GX.
Let op de beperkingen, zoals beschreven in de rubriek beperkingen. Dit betekent dat, bij het gebruik van een CAN-bus poort op het GX-apparaat voor RV-C, deze poort niet tegelijkertijd voor andere doeleinden gebruikt kan worden, zoals de gebruikelijke VE.Can en NMEA 2000 functies. Het is of VE.Can/N2K of RV-C, tenzij het een Venus GX of Ekrano GX is, die twee volledige VE.Can-poorten heeft. Als dit verder gebruik van het GX-apparaat te veel beperkt wat aansluitmogelijkheden via VE.Can betreft, dan wordt het aanbevolen in plaats hiervan de Garnet SeeLevel 709-N2K te gebruiken.
Let ook op dat de op de Victron GX weergegeven tankniveaus in percentage zijn, niet in actueel volume in liters, gallons of enige andere volume-eenheid.
15.5.1. De Garnet SeeLevel II 709-RVC tankniveausensor bedrading met een GX-apparaat
Zorg ervoor, vóór te koppelen aan een GX-apparaat, dat de Garnet SeeLevel 709-RVC juist geïnstalleerd en ingesteld is, in overeenstemming met de installatieinstructies van Garnet.
Terwijl de VE.Can-poort een RJ45-aansluitstuk vereist, heeft het Garnet SeeLevel-paneel ofwel een multi-pen RV-C aansluitstuk of bedrade verbinding met elk één zwarte, één blauwe en één witte kabel. Om de beiden te kunnen verbinden, moet een adapterkabel gebouwd worden in overeenstemming met de pentoewijzing in de onderstaande tabel.
Een commercieel beschikbare CAT5-ethernetkabel is het best hiervoor geschikt, waarbij één van de twee uiteinden eerst afgesneden wordt en dan verbonden met het Garnet-paneel.
Kleurcode Garnet-panelkabel | RV-C aansluitstuk | Victron VE.Can RJ45 | Kleurcode CAT5-ethernetkabel | Signaal |
|---|---|---|---|---|
Zwart | 4 | 3 | Groen/wit | Aarding |
Blauw | 3 | 8 | Bruin | CAN-L |
Wit | 2 | 7 | Bruin/wit | CAN-H |
Victron VE.Can-penbezetting
15.5.2. Installatie en instellingen
Stuur de kabel van het Garnet-paneel naar het GX-apparaat.
Zorg ervoor dat zowel de Garnet als het GX-apparaat uitgeschakeld zijn.
Verbind de RJ45-plug met de VE.Can-poort van het GX-apparaat en het andere uiteinde van de adapterkabel met het Garnet-paneel.
Zorg ervoor dat de busafsluiting juist is. Voor het GX-apparaat: Gebruik de bijgevoegde blauwe VE.Can RJ45-afsluiter. Juiste busafsluiting is verplicht als Garnet SeeLevel het enige RV-C apparaat is.
Schakel, als alles juist geïnstalleerd is, beide apparaten in.
Ga verder met de RV-C instelling zoals uitgelegd in het RV-C Instellingenhoofdstuk om de VE.Can-poort voor het RV-C profiel juist in te stellen.